Een villein virus kwam als een dief in de nacht en stal mijn hele week van mij.
Toen ik weer enigszins hersteld was maar nog niet hersteld genoeg om actieve dingen te ondernemen kwam mijn moeder en ging met Sophie naar de Intratuin. En omdat ze het zielig voor mij vonden dat ik niet mee kon, hebben ze daar voor mij een prachtige kandelaar uitgekozen van aardewerk. Mijn lieve moeder vertelde Sophie "dat ze al heel lang geen zakgeld had gekregen" (het kind is vier, dus zo raar is dat niet :D) en dat ze, als ze nu al haar zakgeld in één keer van Mimmie kreeg de kandelaar voor mama kon kopen.
En dat deed ze. Dus ze kwamen thuis met een pakje. Het is werkelijk zo lief. En elke dag brandt een kaars in de kandelaar op de piano en glimlach ik, omdat ik zo dankbaar ben voor zulke geweldige mensen om mij heen.
De rest van de dag, toen mijn moeder weer weg was, had Sophie wel door dat mama zich nog niet zo lekker voelde en ze was steeds heel lief en rustig. Tijdens etenstijd mocht ze op de bank zitten voor één keer. Ik moest haar hapjes geven. Samen genietend van de tijd die we doorbrachten at ze zonder gedoe haar hele bordje leeg. En ondanks de omstandigheden hadden we het samen goed. Heel goed.
Ik greep haar beet en knuffelde en kuste haar suf en zei haar dat ze de liefste dochter is!
Natuurlijk was ze het de dagen erna, toen ik weer opknapte, ontzettend recalcitrant. Maar dat verandert niets aan de titel van dit blog! Niemand is altijd in de beste bui, en mijn liefde voor haar is onvoorwaardelijk. Ik hou net zoveel van haar als ze lief is dan als ze stout is. En dat weet ze ook.
Maar ik vind het heel bijzonder dat mijn jonge dochter zoveel inzicht en zorgzaamheid en liefde in zich heeft.
donderdag 19 september 2013
vrijdag 6 september 2013
Zuinigheid versus comfort
Ik ben een rasechte koukleum. Echt, het Nederlandse klimaat is niet voor mij gemaakt... het liefst zou ik, klimaattechnisch gezien, wonen op la Palma, waar het het hele jaar boven de 20 graden is. Heerlijk!
Toen Ben en ik nog samenwoonden in Delft hadden we een jaren 30 woning, die zo ongelooflijk slecht geïsoleerd was dat ik het in oktober koud kreeg, en pas in april weer ontdooide. We hadden daar slechts één warmtepunt: een gaskachel in de woonkamer. De helft van de avond hing ik op de schoorsteenmantel zodat ik toch maar zo veel mogelijk warmte kon opzuigen. De slaapkamer, keuken en douche/wc (ik wilde zeggen "badkamer", maar de ruimte van letterlijk 1 m2 voor wc en douche verdiende die term niet ;)) waren steenkoud. Als er leerlingen binnenkwamen en vlak voor de kachel stonden op de enige warme plek in het hele huis en zeiden "Ah, wat is het hier lekker warm" wilde ik ze dan ook altijd heel hard knijpen.
Hoe anders werd het, toen we naar de Goorn verhuisden naar een goed geïsoleerd huis! Ik genoot van het feit dat het in het hele huis behaaglijk kon zijn en had de thermostaat meestal op 22 graden staan. We betaalden dan ook een hoge energierekening.
Toen we in financiëel zwaar weer kwamen, en vooral toen ik ook steeds meer ging nadenken over onze ecologische voetafdruk, ging ik de thermostaat lager zetten. In het nieuwe huis staat die op 20,5 in de woonkamer, en in de rest van het huis staan nu de radiatoren uit, behalve als het vriest: dan gaan de radiatoren in de twee slaapkamers zachtjes aan.
Dit betekent wel dat ik een groot deel van de winter doorbreng onder een dekentje of met een kruik op schoot. Zeker als ik moe ben, heb ik het echt steenkoud.
Nu is het financiële zware weer Godzijdank ongeveer voorbij. Maar mijn drang om te doen wat "groen" is is groter dan ooit! Dus was ik er zo eens over aan het nadenken. Als ik zo enorm geniet van de zomer, het heerlijke 23 graden in huis (waarbij ik een stuk beter functioneer), hoe kan ik dat dan in de winter ook bewerkstelligen?
Ik denk intussen eerder aan het beter isoleren van ons huis. Onze grote buitenmuur (we wonen in een hoekhuis) moet geïmpregneerd worden, want we hebben last van vocht. En eigenlijk wil ik dan liefst ook die muur meteen laten isoleren, zeker omdat de isolatie door het vocht niet meer optimaal zal zijn. Boven hebben we nog enkel glas. Op het moment is het budget er niet voor om dat te vervangen (en eigenlijk ook niet voor die muur, haha, maar daarin hebben we geen keus!), maar zodra het kan wil ik wel heel graag dubbel glas. Het liefst zou ik het huis heel goed (en milieuvriendelijk!) isoleren zodat we minimaal hoeven te stoken op fossiele brandstoffen, die ik het liefst zo min mogelijk gebruik.
Het blijft een interessante vraag. Maak je het jezelf comfortabel, ook als dat betekent dat je meer grondstoffen dan strikt noodzakelijk verbruikt? En waar stel je daar voor jezelf de grens? En wat zijn de andere opties die je hebt om comfortabel te zijn én groen?
In elk geval ga ik wat meer onderzoek doen naar natuurvriendelijke manieren van isoleren.
Toen Ben en ik nog samenwoonden in Delft hadden we een jaren 30 woning, die zo ongelooflijk slecht geïsoleerd was dat ik het in oktober koud kreeg, en pas in april weer ontdooide. We hadden daar slechts één warmtepunt: een gaskachel in de woonkamer. De helft van de avond hing ik op de schoorsteenmantel zodat ik toch maar zo veel mogelijk warmte kon opzuigen. De slaapkamer, keuken en douche/wc (ik wilde zeggen "badkamer", maar de ruimte van letterlijk 1 m2 voor wc en douche verdiende die term niet ;)) waren steenkoud. Als er leerlingen binnenkwamen en vlak voor de kachel stonden op de enige warme plek in het hele huis en zeiden "Ah, wat is het hier lekker warm" wilde ik ze dan ook altijd heel hard knijpen.
Hoe anders werd het, toen we naar de Goorn verhuisden naar een goed geïsoleerd huis! Ik genoot van het feit dat het in het hele huis behaaglijk kon zijn en had de thermostaat meestal op 22 graden staan. We betaalden dan ook een hoge energierekening.
Toen we in financiëel zwaar weer kwamen, en vooral toen ik ook steeds meer ging nadenken over onze ecologische voetafdruk, ging ik de thermostaat lager zetten. In het nieuwe huis staat die op 20,5 in de woonkamer, en in de rest van het huis staan nu de radiatoren uit, behalve als het vriest: dan gaan de radiatoren in de twee slaapkamers zachtjes aan.
Dit betekent wel dat ik een groot deel van de winter doorbreng onder een dekentje of met een kruik op schoot. Zeker als ik moe ben, heb ik het echt steenkoud.
Nu is het financiële zware weer Godzijdank ongeveer voorbij. Maar mijn drang om te doen wat "groen" is is groter dan ooit! Dus was ik er zo eens over aan het nadenken. Als ik zo enorm geniet van de zomer, het heerlijke 23 graden in huis (waarbij ik een stuk beter functioneer), hoe kan ik dat dan in de winter ook bewerkstelligen?
Ik denk intussen eerder aan het beter isoleren van ons huis. Onze grote buitenmuur (we wonen in een hoekhuis) moet geïmpregneerd worden, want we hebben last van vocht. En eigenlijk wil ik dan liefst ook die muur meteen laten isoleren, zeker omdat de isolatie door het vocht niet meer optimaal zal zijn. Boven hebben we nog enkel glas. Op het moment is het budget er niet voor om dat te vervangen (en eigenlijk ook niet voor die muur, haha, maar daarin hebben we geen keus!), maar zodra het kan wil ik wel heel graag dubbel glas. Het liefst zou ik het huis heel goed (en milieuvriendelijk!) isoleren zodat we minimaal hoeven te stoken op fossiele brandstoffen, die ik het liefst zo min mogelijk gebruik.
Het blijft een interessante vraag. Maak je het jezelf comfortabel, ook als dat betekent dat je meer grondstoffen dan strikt noodzakelijk verbruikt? En waar stel je daar voor jezelf de grens? En wat zijn de andere opties die je hebt om comfortabel te zijn én groen?
In elk geval ga ik wat meer onderzoek doen naar natuurvriendelijke manieren van isoleren.